Uitbetaling

Overzicht van voorbeeldzaken die te maken hebben met uitbetaling van pensioen.


Keuze valuta, eenmaal gemaakte keuze onherroepelijk

Aan een deelnemer in dienst van een internationaal werkende onderneming werd een aantal keuzen voorgelegd met betrekking tot de toekomstige vaststelling van zijn pensioen, zoals de valuta van uitbetaling. Het was niet onredelijk van het fonds om hem aan een gemaakte keuze te houden, temeer omdat het pensioen al was ingegaan. Ook een pensioenfonds heeft belang bij zekerheid.


Pensioen uitbetalen in Spanje

Een inmiddels 86-jarige klager uit Valencia ontving een kwartaaluitkering niet nadat zijn bank door een andere bank was overgenomen. Er ontstonden hierdoor problemen met het voldoen van de alledaagse rekeningen. De pensioenuitvoerder was niet bereid de uitkering nog een keer betaalbaar te stellen. De Ombudsman Pensioenen, die door de Nederlandse Ambassade in Madrid was benaderd, kon het fonds niet dwingen het pensioen nog een keer over te maken.

Bijna 4 maanden later nadat de Nederlandse Ambassade een verslag had ontvangen van de centrale Spaanse bank, “Banco de España”, waarin stond dat het geld nooit door een Spaanse bank ontvangen kon zijn, liet de pensioenuitvoerder de Ombudsman Pensioenen weten dat zijn huisbankier de uitkering aan hem had teruggestort. Vervolgens heeft de pensioenuitvoerder het pensioen handmatig overgemaakt aan klager.


Bewijs van in leven zijn

Van de ene op de andere dag accepteerde het pensioenfonds niet meer een bewijs van in leven zijn in een andere taal dan de 6 toegestane talen (Nederlands, Frans, Duits, Engels, Spaans, Grieks). De ombudsman vond dat zoiets niet zonder een redelijke overgangsperiode voor de klager kon en kreeg het voor elkaar dat het bewijs in de niet toegestane taal toch werd aanvaard.

De steeds vaker voorkomende problemen met bewijzen van ‘in leven zijn’ en de verschillende eisen die pensioenfondsen en verzekeraars hieraan stellen, zijn “voorbij” zodra de gepensioneerde in kwestie AOW’er wordt en alleen nog aan de SVB als uitkerende instantie een bewijs van ‘in leven zijn’ hoeft te overleggen. Pensioenfondsen en verzekeraars kunnen vervolgens aan de hand van het Register Niet-ingezetenen (RNI) nagaan of een AOW-er nog in leven is en dus nog pensioengerechtigde is.