Geschillencommissie

Wanneer bemiddeling niet succesvol is geweest of wanneer u niet voor bemiddeling kiest, dan kunt u het geschil voorleggen aan de geschillencommissie.

Zo wordt de geschillencommissie per geschil samengesteld:

De geschillencommissie heeft een voorzitter. Deze voorzitter wijst per geschil een commissievoorzitter aan en twee commissieleden. Dit drietal vormt de geschillencommissie voor het betreffende geschil. De voorzitter van de geschillencommissie kan zelf ook de commissievoorzitter zijn.


Goed om te weten:

  • Is het geschil eenvoudig van aard? Dan kan de voorzitter beslissen om de geschillencommissie slechts uit één lid te laten bestaan.
  • Is er sprake van een spoedeisend belang? Dan kan de voorzitter beslissen om niet de gebruikelijke procedure te volgen, maar de verkorte procedure.

Onafhankelijk, onpartijdig en deskundig

De leden van de geschillencommissie hebben geen direct of indirect eigen belang bij een geschil dat zij behandelen. Zij voeren hun werk onafhankelijk, onpartijdig en deskundig uit.

Werkwijze geschillencommissie

  • De geschillencommissie vraagt vooraf aan u of er een bindende of een niet-bindende gedaan moet worden.
  • De geschillencommissie neemt eerste kennis van alle schriftelijke stukken uit de bemiddelingsfase. Als er geen bemiddeling heeft plaatsgevonden dan neemt de geschillencommissie alleen het ingediende geschil door. Hierna start het verdere onderzoek. Daarbij zal de geschillencommissie waarschijnlijk om meer informatie vragen.
  • De geschillencommissie kan de partijen uitnodigen voor een mondelinge behandeling. Tijdens deze behandeling krijgen zij gelegenheid om het geschil persoonlijk toe te lichten. U kunt ook zelf om een mondelinge behandeling van uw geschil vragen.
  • De geschillencommissie doet een bindende of een niet-bindende uitspraak.

Een bindende uitspraak

Aan een bindende uitspraak moeten zowel u als het pensioenfonds zich houden. Er kan tegen de uitspraak niet in beroep worden gegaan bij de rechter. Dit kan wel binnen GIP. Dit gebeurt bij de Commissie van Beroep. Hier zijn wel voorwaarden aan verbonden. Deze staan in het reglement.

De rechter kan wel worden gevraagd om een marginale toetsing. Dit moet gebeuren binnen één jaar na de uitspraak van de geschillencommissie. Een marginale toetsing is een beperkte beoordeling. De rechter kijkt dan uitsluitend of de geschillencommissie zich aan de regels heeft gehouden. Alleen als de geschillencommissie grote fouten heeft gemaakt, kan de rechter de bindende uitspraak ongeldig verklaren.

Een niet-bindende uitspraak

Aan een niet-bindende uitspraak hoeven zowel u als het pensioenfonds zich niet te houden. Tegen een niet-bindende uitspraak kan er bij GIP niet in beroep worden gaan. Wel kunt u nog naar de rechter gaan. Hier zijn wel kosten aan verbonden.